Golf van Biskaje

Het is één uur ’s nachts, 20 mijl uit de kust. Ik wordt wakker van de rook, het brandalarm en Roberto die mij roept! Ik hoor nog net de motor uitvallen. Niet veel later staan we beiden gewapend met een brandblusser klaar om door het kleine gat in de trap de motor te blussen.

Twee dagen eerder was de aftrap van ons plan om even wat zeemijlen te maken. Met z’n vieren reden we in een huurauto naar Santander, waar Arjette, Yolien en Tess een paar dagen in een airbnb verbleven. De dag erna reed ik met Roberto, een vriend die ik van het windsurfen ken en in Santander woont, terug naar Concarneau. Er was een goed weerraam om de oversteek naar Santander te wagen maar nog iets te ruig om dat met twee kleine meisjes te doen, en bovendien zonder goedwerkende kachel wel erg koud voor ze. Het eerste stuk zouden we motoren, omdat het zuchtje wind dat er stond ook nog tegen was. Na een dag zou de wind de goede richting op draaien zodat we op zeil de rest konden doen. Maar nu zaten we dus midden op zee met een rokende motor.

Een snelle blik leerde ons dat de brandblussers niet nodig waren. Er was weinig wind, wel aardig wat deining. Terwijl de golven met ons speelden namen we een momentje rust om onze opties door te nemen. Terug gaan? naar de kant varen? Of toch doorgaan. Teruggaan was geen optie, er liggen veel rotsen voor de kust die lastig navigeren zijn in het donker met alleen de zeilen. Ook zouden we ’s nachts aankomen waardoor we niet op hulp van de haven konden rekenen. Ankeren bij Belle île was een aardig idee maar dan konden we verder ook weinig beginnen, en ook dat was in het donker geen fijn idee zonder motor. We besloten de nacht door te varen langs de kust. Niet ideaal wat windrichting betreft, maar de windkracht was minder en we hadden dan nog de optie om alsnog een veilige haven op te zoeken.

De windrichting draaide dusdanig dat we niet dichter bij Santander kwamen. We voeren door tot we weer telefonisch bereik hadden om familie te kunnen bereiken en het laatste weerbericht te bekijken. De voorspelling zag er nog altijd goed uit en gingen overstag om te beginnen aan de oversteek, de zeilen werkte en het is tenslotte een zeilboot. Het eerste stuk flink wat wind tegen. De golven waren bijna 3 meter, niet erg voor het bootje maar de combinatie van ’s nachts varen, de geur van gekookte motorolie en de heerlijke galettes die we voor vertrek hadden gegeten, waren een goed recept om zeeziek te worden. We wisselden elkaar af, aan het roer en over de railing. Ik heb nog nooit zo “mindfull” gegeten, de eerste dag kregen we met moeite wat zoute stokjes naar binnen. Ondertussen was het ook aardig sportief zeilen met soms 25 knopen wind en drie reven in het zeil.

In de nacht wisselden we elkaar snel af, om de 1,5 a 2 uur. Met kruisen waren we in anderhalve dag maar weinig opgeschoten. We waren dan ook heel blij toen de wind die ochtend draaide en we bijna rechtstreeks koers konden zetten naar Santander. We vlogen vooruit met 6 a 7 knopen. Het zonnetje kwam even door waardoor we ook genoeg stroom kregen om de stuurautomaat aan te zetten. Het was een heerlijk rustige dag, we genoten van de zon en de dolfijnen die om ons heen kwam zwemmen. Een welkome verademing. In de nacht zagen we zo nu en dan de zeevonk oplichten door de dolfijnen die er doorheen zwommen. En dat bij een immense sterrenhemel, zonder maan. We waren weer aan het handsturen om energie te besparen maar het hielp ons ook om wakker te blijven.

De laatste dag zakte de wind wat en leek het erop dat we niet met daglicht zouden aankomen, geen ramp maar als het even kan heeft dat wel de voorkeur. Met de genaker op zouden we het waarschijnlijk wel redden. Na drie keer hijsen stond hij eindelijk goed… 30 seconden. De haak bovenin de mast verboog onder druk en het hele zakie viel naar benden, in het water. De boot maakte door het remmen een 180 graden draai. Even daarvoor hadden we een complete boom gespot in het water. Deze kwam nu wel erg dichtbij, en we moesten moeite doen om er niet tegenaan te varen. En dat op zo’n 100 mijl van de dichtstbijzijnde kust met geen enkele andere boot op de AIS!

De genaker was ongeschonden maar zat wel in de knoop, de val zat nog boven in de mast. Eerst maar eens de genaker weer goed leggen, daarna de mast in om de val te pakken. Alles lag klaar maar we besloten toch om ons geluk niet al te veel op de proef te stellen. Er zat tenslotte best wat vaart in. Tijdens het eten maakte we plannen waar en hoe we zouden aankomen. We konden de kust al ruiken en waanden ons al thuis. Totdat iemand de wind van het ene op het andere moment had uitgezet. We dobberde met nog geen 1,5 knoop richting de haven. Dat leverde extra stress op voor het thuisfront dat meekeek via de AIS.

Opnieuw was er beraad. Toch maar eens kijken of de motor het weer gaat doen. Een van de slangen van de koelvloeistof was losgeschoten, de koelvloeistof lag onderin de boot. De slang er weer op gezet, steviger deze keer, en een restje koelvloeistof aangelengd met water in de motor gegooid. Op hoop van zegen…Hij doet het! Komen we toch nog aan vannacht. Helaas te laat om al mijn meisjes weer te zien. Na een paar uur slaap kreeg ik een warm onthaal en kon ik ze weer in mijn armen sluiten.

Bootsnelheid: 1 knoop » 1,8 km/u

Windsnelheid: 25 knopen » dikke 6 Bft

fotos: Roberto & Erik

3 reacties op “Golf van Biskaje”

  1. Dieuwke van Vliet-Prinsen avatar
    Dieuwke van Vliet-Prinsen

    Jeetje wat een avontuur weer. Jullie zijn wel twee “die hards”. Hopelijk nu gevieren weer in een wat rustiger vaarwater. Groet uit Groesbeek, ook van Inego

  2. Ciska van Geer avatar
    Ciska van Geer

    Ik had al over dit tochtje gehoord, maar om alles nog eens te lezen … best spannend, en fijn dat jullie een mooie ankerplek hebben gevonden. De haven klonk niet aantrekkelijk, lawaaiig en duur..

  3. Erik avatar
    Erik

    Het ging niet vanzelf, gelukkig was het niet te spannend. Zoals Roberto al zei, er was geen beter moment waarop de motor stuk kon gaan. Er was geen gevaar, genoeg wind en met de meisjes aan boord was het ook een stuk minder prettig geweest.
    We zijn tijdens de harde wind toch even naar de haven geweest. Lawaai viel mee, er vertrokken zo’n 4 vliegtuigen per dag. Duur viel ook mee, want het kantoor was dicht. Maar de ankerplek was duidelijk mooier en fijner.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *